Najaar 2017

DE SCHOOL IN NIEUWDORP

Gepubliceerd 12 oktober 2017
Link naar Facebook

 

De Openbare Lagere School in Nieuwdorp. Een mooi stuk metselwerk met tegels van spelende kinderen en het jaartal 1951. Maar waarom is dit jaartal zo belangrijk? In het Zeeuwsch Dagblad van 17 december 1951 vinden we een bericht dat de gemeente 's Heer Arendskerke, waar Nieuwdorp onder viel, geld beschikbaar stelt voor schoolboeken. Maar wie weet iets meer over dit jaar te vertellen? Recentelijk heeft Rinus Spruit zijn nieuwe boek "Broeder schrijf toch eens" in zijn voormalige basisschool gepresenteerd. Dat deed hij met Andreas Oosthoek, voormalig hoofdredacteur van de PZC. Twee mensen die geboren zijn in Nieuwdorp. Wie heeft wat meer informatie de historie van deze school in Nieuwdorp. Over de geschiedenis van Nieuwdorp lezen we op de website van de gemeente Borsele, waar Nieuwdorp nu onder valt, het volgende: "Nieuwdorp moet als woongemeenschap in een hoek van de West-Kraaijertpolder zijn ontstaan. Vlak na de drooglegging van de schorren in 1642. Het stuk polder, waar de landmeters de contouren van het plein hadden uitgezet, was als landbouwgrond ongeschikt. Het lag ingesloten tussen de nieuwe zeedijk en een afgedamde kreek. Zestig jaar later stonden op het dorp zo'n twintig huisjes om het plein gegroepeerd. Er was een herberg, een smidse en een wagenmakerij.

Nieuwdorp is nooit een zelfstandige gemeente geweest. Wel hebben de inwoners enkele keren geprobeerd zich van 's-Heer Arendskerke af te scheiden. Er was geen kerk, geen school, zelfs geen molen om het graan te laten malen. Voor al die zaken moest men naar het naburige 's-Heerenhoek. Pas in de loop van de negentiende eeuw kreeg Nieuwdorp meer voorzieningen. Daarna groeide de bevolking in een vrij snel tempo. Om die toename op te vangen, ontstonden bewoningsconcentraties, zoals de Citadel en Coudorp. In de eerste helft van de twintigste eeuw groeide Nieuwdorp uit tot een echt dorp."

Foto: Carel Bruring

 


DE ZEEUWSE JAREN VAN JAN WOLKERS

Gepubliceerd 10 november 2017
Link naar Facebook

 

De eerste echtgenote van schrijver/beeldhouwer Jan Wolkers (1925-2007) was Maria de Roo (1923-1993). Zij was de dochter van wethouder en verzetstrijder De Roo uit Goes. Eerder had zij een relatie met schrijver/dichter Hans Warren (1921-2001). Over zoon Eric Wolters lezen we over zijn moeder in Vrij Nederland van 22 december 2012:

“Erics moeder, Maria de Roo, was een dochter van goeden huize. Wolkers’ biograaf Onno Blom vond in het archief een brief uit 1947 waarin Wolkers haar omschrijft als ‘een vrouw, met wie je kunt praten over de dingen die je ziel beroeren, en die de waarde weet van een gedicht van Bloem, gezegd voor het venster openstaande op een lauwe voorjaarsavond’.Voordat zij Jan Wolkers ontmoette, was Maria de geliefde van schrijver Hans Warren. Die bleef zijn leven lang – ook al bekende hij zich tot de herenliefde – een aanbidder van zijn ‘zwijgzame Sybille’. Nog op zeer hoge leeftijd fluisterde hij Eric toe: ‘Jij had mijn zoon kunnen zijn, jongen.’ Met wolkeriaans bulderende lach vertelt Eric het na. ‘Dan zei ik: nou, Hans, rustig aan, hoor.’ Warren kwam ook na het ongeluk bij de familie Wolkers over de vloer, en getuigde in zijn Geheim dagboek van de ruziënde sfeer die er altijd hing. Een dochter van Wolkers’ buurman van destijds, de beeldhouwer Marius van Beek, heeft later aan Eric verteld hoe verstikkend het in zijn ouderlijk huis was, vanwege de ruzies en het beladen zwijgen van Jan en Maria.”

 

DE TIJD IN GOES

Gepubliceerd 13 november 2017
Link naar Facebook

 

Hoe gejaagd als het leven nu is hoe rustig ging het nog in 1873. De Belgische volksvertegenwoordiger Coomans trok door Zeeland. Hij wilde in Goes de Grote Kerk bezichtigen, maar hij had weinig tijd en zei dat tegen de koster. Deze dienaar der kerk was er niet van onder de indruk, hij rookte zijn pijp en dronk thee, rustig alsof hij over de eeuwigheid beschikte. “Haast?” vroeg hij, “Denk er aan: gauw is dood en lui is levend. Drink ook een kopje thee en ge zult alles op uw gemak kunnen zien.”

Op 1 november 1872 was de Zeeuwse spoorlijn doorgetrokken tot Vlissingen. Vanaf dat moment moest men meer op de tijd letten. Soms kwam men op een onverwachte wijze in aanraking met de tijd. Op zaterdag 2 maart 1978 kwam de bekende schrijver Multatuli in Goes spreken. Om half acht zou hij beginnen, maar al een uur eerder waren de bezoekers in de zaal, voornamelijk Middelburgers. Zij hadden de trein van twintig over zes genomen en waren gelijk naar de plaats van de bijeenkomst gegaan. Ze hadden hierdoor de beste plaatsen. Daarna kwamen de Goesenaren opdagen. De Middelburgsche Courant maakt er melding van. Men had helemaal niet aan het effect van de trein gedacht. Ook Multatuli moest er aan wennen, lezen we in de Middelburgsche Courant: “De voordracht werd beheerscht door een zeker gevoel van gejaagdheid.” De Middelburgers moesten nog op tijd hun trein naar huis halen. De spreker was er nog niet aan gewend. “Hij had nog geen half uur gesproken toen reeds het horloge voor den dag kwam. Ten laatste sprak hij bijna met het uurwerk in de hand.”


Fragment uit De Koninklijke Weg, Honderd jaar geschiedenis Koninklijke Maatschappij De Schelde 1875-1975

 

VOLKSVERMAAK IN GOES

Gepubliceerd 28 november 2017
Link naar Facebook

 

In 1896 werd de Vereniging tot Bevordering van Volksvermaken in Goes opgeheven. De Goesche Courant van 10 september 1896 besteed er de hele voorpagina aan. Dergelijke verenigingen werden begin negentiende eeuw – na de Franse tijd – opgericht als opvolgers van de Rederijkerskamers. Mede door het liberale klimaat van die tijd beleefden deze verenigingen een grote bloei. Het leidde ook tot oprichting dat meer verenigingen tot volksvermaak. In een plaats van ‘nog geen 7000 zielen’ had men drie gymnastiekverenigingen, twee of meer zangverenigingen, de Harmonie Euphonia was opgericht, er waren een symfonieorkest, een toneelvereniging en er werden sinterklaasfeesten georganiseerd. Al deze verenigingen hadden bestuursleden nodig en er moest contributie betaald worden. Al deze verenigingen waren zelfstandig. Het gevolg was dat er niet meer zo’n behoefte was aan een vereniging die deze volksvermaken bevorderden. Op dinsdag 8 september 1896 werd in Slot Oostende een vergadering gehouden om ‘over het leven of den dood der vereniging’ te beslissen. Er volgde een uitgebreide discussie. Probleem was dat er geen bestuursleden meer waren te vinden. Op deze avond werd ook afscheid genomen van voorzitter F.Q.C. den Hollander (de vader van de latere NS-directeur, naar wie de Frans den Hollanderlaan is genoemd). Hij was vele jaren voorzitter van de vereniging geweest en zijn vertrek was een groot gemis. Met 13 tegen 4 stemmen werd besloten de Vereniging tot Bevordering van Volksvermaken in Goes op te heffen. De bekende kunstschilder en illustrator Johan Braakensiek (1858-1940) maakte deze tekening waarop we burgemeester Blaaubeen een betoog zien houden.

 

HET KASBOEK VAN DIGNIS VAN DE LINDE

Gepubliceerd 4 december 2017
Link naar Facebook

                                                                                                        
Jan de Jonge vond een kasboekje van zijn opa Dignis van de Linde (1877-1949). Hij pachte de boerderij Hof van Haamstede aan de Prinsendijk te Kortgene. Dit schrijft hij er over:

“Via, via kwam ik in bezit van de een kasboekje uit 1900. Het is van mijn opa Izaak Dignis van de Linde
(1877-1949), landbouwer. Mijn opa, van moeders kant, boerde op hoeve Hof van Haamstede, Prinsendijk te Kortgene. De hoeve behoorde tot de Kroondomeinen. Het kasboekje loopt van 1 maart 1900 tot 1 maart 1901. Het geeft een inkijkje in de prijzen van de landbouwgewassen en de arbeiderslonen van die tijd.
Prijzen voor bijvoorbeeld bruine bonen, tarwe en aardappelen. 

1 mud bruine bonen f 8,- per mud

1 mud tarwe f 6,50 per mud

1 mud aardappelen 1,20 per mud

Kunstmest 50 balen superfosfaat f 136,90

12 balen chili salpeter 125,90

Turf 12 mud 62 cent per mud


Lonen 
Bruine bonen dorschen 90 cent daags; guano strooien f 1,20 per dag; haag afzetten 15 cent.
Ook toen waren de lonen van de vrouwen een stuk lager: 

Karwij tollen mannen f1,00; vrouwen 70 cent

karwij snijden in dagloon mannen 1,20 ; vrouwen 80 cent ; jongens en meisjes naar rato.”          

 

 

MET DE VEEWAGEN NAAR HET ZOMERHUISJE

Gepubliceerd 13 december 2017
Link naar Facebook 1
Link naar Facebook 2

 


Oud-Goesenaar Fré Metselaar schreef ons de volgende herinnering uit zijn jeugd: “Kwam net bij de Heemkundige Kring De Bevelanden de naam Zweemer tegen. Dat was ook de naam van de Noord Bevelandse bode die onze spullen altijd naar ons huisje in Kamperland bracht. Op de achtergrond de eerste aanbouw van het verrijzende vakantiepark. Onze nissenhut moest ervoor wijken.... 
Wagenmaker Kopmels uit de Goese Nieuwstraat had ooit voor het vervoer van dekens, kleren, proviand voor een dag en nieuwe snuisterijen een slimme kist die je overal voor kon gebruiken getimmerd. 


Zwemer zorgde ervoor dat alles, ook de kinderfietsjes, strandwagen (voor het vervoer van de jongste aanwinst, maar ook voor op strand gevonden oorlogstuig), een nieuwe vlieger en noem maar op, op de dag van onze aankomst werd afgeleverd. Behalve die keer dat veehandelaar Chris van Fraassen in zijn veewagen de familie Kerkhof kwam afleveren. Die zat, voor zover niet in de cabine ondergebracht met hun bagage achterin op het stro. En zo zaten ook wij op de terugweg naar Goes. Eerst naar Kortgene en vandaar over met de pont naar Wolfaartsdijk.”


 

WIJ KOMEN UIT DE ZAK

Gepubliceerd 15 december 2017
Link naar Facebook 1
Link naar Facebook 2


Journalist Peter de Jonge heeft een boekje over zijn familie geschreven dat alleen voor de familiekring bestemd is. Op ons verzoek schreef hij voor de facebookpagina van de Heemkundige Kring het volgende verhaal:

“Omdat onze kinderen en kleinkinderen allemaal buiten Zeeland wonen besloot ik zeven jaar geleden een boek te maken met de geschiedenis van onze familie, waarbij telkens in een rechte lijn met de voorvader werd gevolgd. Geen genealogische beschouwing, maar een verhalend boek met zoveel mogelijk illustraties en verhalen. Zodat zij terug kunnen lezen waar ze vandaan komen, hoe de omstandigheden in die tijd waren en wat hun voorouders deden.


Een boek (‘Wij komen uit de Zak’) dat door volgende generaties kan worden aangevuld. Een van de verhalen is dat van Matthijs - Thijs - de Jonge (’s-Heerenhoek, 30-1-1919 - Goes, 13-10-2011) die tijdens de algehele mobilisatie in augustus 1939 werd opgeroepen om in Zuid-Beveland kort achter de Zanddijkstelling de strategisch belangrijke Vlakebrug te verdedigen. In afwachting van de vijand - die zich hier pas op 15 mei 1940 vertoonde - doodden ze de tijd onder meer door een plaatselijke boer te helpen met het rapen van aardappelen. Het detachement Vlake, waarvan ook de destijds bekende Goes-voetballer Flip de Kam deel uitmaakte, blies daags na de inval van de nazi-troepen met trotyl de brug over het kanaal door Zuid-Beveland op. Vlak na die explosie besefte Matthijs zich dat zijn fiets ‘aan de andere kant’ stond. Kandidaat om een van de legendarische fietsen te worden die de Duitsers confiskeerden, waardoor wij nog tientallen jaren na het einde van de Tweede Wereldoorlog op de vraag van elke willekeurige Duitser reageerden met de opmerking: ‘Eerst onze fietsen terug.’

Te voet ging hij met zijn detachement naar Noord-Beveland, overtuigd dat hij door eigen schuld zijn rijwiel was kwijtgeraakt. Maar voorgoed? Nee! Na het einde van de oorlog meldde de plaatselijke rijwielhandelaar van ’s-Heerenhoek dat de fiets van Thijs gevonden was. Op basis van het destijds verplichte fietsplaatje (een bewijs van fietsbelasting) kon achterhaald worden waar de fiets was verkocht en de handelaar op zo’n dorp wist natuurlijk meteen aan wie.”